Categorie archief: friends

Grenzen en limieten…

Bovenstaande quote kwam ik een paar maanden geleden tegen (ik weet niet meer waar, maar bedankt voor de inspiratie!), en hij bleef hangen. En draaien. Tuurlijk bleef dat draaien. Want ben ik nu al niet lang genoeg ‘wise’ geweest? Heb ik nu al niet lang genoeg gedacht dat ik tegen mijn limieten aan zit en dat ik nu wel aan de grens van mijn kunnen zit?

En wat dan met die marathon, dat plan M? Plan M ja, dat plan waar ik meer dan een jaar geleden zo de mond over vol had, en waar ik nu gewoon over zwijg. Dat zwijgen, dat heeft/had een reden. Want jeps, ik ben er een tijd lang van uitgegaan dat het niet voor mij weggelegd is. Plan M was mij afgeraden, en ik ben daar efkes niet goed van geweest. Daarna is mijn hoofd gevolgd, en is er in dat hoofd de gedachte gekropen dat ik nooit die 42,195 kilometer zal lopen. Dat ik dat niet kan, dat mijn lichaam en mijn gestel daar niet voor gemaakt zijn, dat ik daar niet gedisciplineerd genoeg voor ben. Ik dacht dat ik daar ook vrede mee had, dat het zo wel ok was voor mij.

Maar weet je wat? Fuck it met al die negatieve gedachten! Echt waar!
Ik ben inderdaad geen snelle loper. Of misschien wel ‘snel’ (zo af en toe als mijn haar eens onverhoopt goed ligt ), maar niet ‘rap’. Neemt niet weg dat ik er wél van kan genieten. En gaat het daar niet om? Over dat genieten? Over dat bezig zijn, over dat grenzen verleggen, over het voor jezelf leuk houden. In die optiek was die trail van 33K van vorige week voor mij écht grensverleggend. Ja, ik ben tegen mijn grenzen aangelopen. Maar toch ben ik over de finish gegaan. En net voor de finish heb ik dapper mijn tranen – want ik had het gewoon gedaan, die zware 33K onder een loden zon met een pak hoogtemeters – weggeveegd! Gezond en wel aan de finish, op die blaren na dan.

Ik weet dat er mensen zijn die het qua prestatie maar niks vinden, gezien ik zo lang onderweg geweest ben. Prestaties naar waarde schatten, dat is en blijft soms een lastig gegeven. Waarmee ik dan ook weer niet gezegd wil hebben dat prestaties moeten overschat worden. Ik hoef geen bloemen (al was die roos voor Sandra aan de finish wel een leuke surplus 😉 ) en confetti (hoewel, een goed geplaatste serpentine kan wel leuk zijn), maar soms is een simpele ‘proficiat’ toch welgekomen. En dan valt het mij tegen dat er mensen zijn die dat zelfs niet over de lippen c.q. het toetsenbord krijgen. Jammer. Maar gelukkig hoef ik niet voor anderen te lopen, en gelukkig zijn er nog altijd mensen die wél in mij geloven. Jeps, jij daar! En jij ook!

Ik heb dan ook besloten verder geen rekening meer te houden met die andere ‘anderen’, en mijn eigen sportieve weg te gaan. Ik heb er persoonlijk niets aan om ter plaatse te blijven trappelen, om klein gehouden te worden. Neen. Ik wil groeien. En bloeien, for that matter. Wees maar zeker! Waarom zou ik het ook niet kunnen? Pippi Langkous, die had het eigenlijk bij het rechte eind: “ik denk dat ik het wel kan want ik heb het nog nooit gedaan”. Als ik dat nu eens in mijn hoofd steek dan ga ik die marathon toch gewoon lopen zeker! Ik ben er nog meer van overtuigd dan anders. Het plan zit in mijn hoofd. En ik ga het ook gewoon doen. Ik ben er in ieder geval koppig genoeg voor blijkbaar. En mocht het onverhoopt toch niet lukken, dan kan ik mezelf niets kwalijk nemen, dan heb ik het tenminste toch geprobeerd.

Dus ja, voila zie! Ik heb mijn plan weer klaar! Mijn plan M! En plan M, dat is trainen! Trainen, trainen en nog eens trainen! Maar dan wel met 2 vlechtjes in mijn haar… het moet uiteraard wel plezant blijven. 😉

Advertentie

9. Panoramalauf Altenahr 33K

Om maar gelijk met de deur in huis te vallen: I DID IT! Ik heb de 33 kilometer van de Panoramalauf in Altenahr helemaal uitgedaan!

Nochtans, het zag er allemaal niet zo geweldig uit. Ik had 10 dagen vooraf de weersverwachtingen gecheckt, en die zeiden toen 24°. 24°, dat is doenbaar, dat zou mij lukken. Echter, hoe dichter D-Day kwam, hoe warmer de weersvoorspellingen werden. Uiteindelijk bleven ze steken op 31°. EENENDERTIG! En ik ben al niet zo warmtebestendig! Laat staan hittebestendig. Een klein paniekje stak de kop op. En dus mailde ik de organisatie met de vraag hoeveel tijd ik eigenlijk had om die 33K te doen? Ik kreeg als antwoord dat ik mij geen zorgen moest maken, dat ik 8,5 uur had. Na wat nadenken besloot ik toch maar te springen. Uiteindelijk was dit mijn tweede jaardoel, ik kon dat toch niet door wat zon om zeep helpen?

Voor de start, fris en vanal

Zaterdag 9u30 stond ik dus fris aan de start. En het zou geen Walk in the park worden, dat wist ik al. Gewapend met een litertje water in drinktubes, en met wat suikertjes in mijn rugzakje. Dat, in combinatie met de bevoorradingen zou er mij wel moeten doorslepen. Dat ik al van bij de start aan het staartje hing, dat boeide mij niet. Ik zou dat Panoramavarkentje wel wassen op mijn tempo! En dat ging goed, de eerste 7 kilometer. Bij elke kilometer dronk ik 2 slokken water uit mijn tube, en tegen dat ik aan de eerste bevoorrading kwam, had ik mijn litertje water binnen. Wat cola, een stuk banaan en een watermeloentje later was ik klaar om de volgende kilometers aan te vangen. Kilometers met wat hoogtemeters. Veel hoogtemeters toch al. Nu ja goed, de benen wilden mee, en het ging nog vrij vlotjes. Eenmaal boven bleek de afdaling iets te technisch, en moest ik het tempo toch wat beperken. Maar… nog altijd fris, nog altijd ok. En toen kwamen we op de Rotweinwanderweg terecht. Ik wist al dat die bloedheet zou zijn, anders zouden de druiven natuurlijk niet genoeg zon krijgen, maar zooo heet… oh my! Maar wat moest moest, dus door. Tot aan de volgende bevoorrading, die dezelfde was als de eerste. Kilometer 14 zo ongeveer. Maar wat was ik blij dat ik er was!

Hetzelfde scenario: drinken: 2 bekertjes cola, 2 bekertjes water, en een bekertje sportdrank. Dat in combi met wat zoute stokjes en Tucjes zou mij er wel doorhelpen. Mijn tubes werden ook weer gevuld, en ik dus weer door. En ja hoor, ik voelde mij wat beter. Door dus. Maar bloedheet was het, en bloedheet bleef het de volgende kilometers. De zon brandde ongenadig, geen schaduwplekje te zien. Blijven gaan, blijven gaan. En toen kwamen de vermaledijde trapjes, en een tik van jewelste. Ik geraakte amper boven. Damn. En ik was nog niet eens halfweg. De weg draaide af, weer naar boven. Tsja… zonder naar boven lopen ook geen panorama’s natuurlijk. Alleen… de weg bleef in de volle zon. En plots kreeg ik het gevoel dat ik het niet zou kunnen, dat ik er niet zou geraken. Mijn maag deed raar, en dat gevoel ging maar niet over. De fietsbegeleider (wiens opdracht het was om bij de laatste te blijven, ik dus 🙂 ) die ik al doorgestuurd had, was boven een praatje aan het maken met een koppel Finse mensen. Om even te bekomen besloot ik ook een babbeltje te slaan. En om gelijk even door te geven dat ik dacht dat ik er niet zou geraken. En toen kreeg ik een portie feelgood van ikzaljoudaareenshebben! De fietsbegeleider was ervan overtuigd dat het mij zou lukken, en dat ik niet moest letten op de tijd, hij had ook tijd genoeg. Om mij te helpen besloot de Finse dame om het laatste stukje bergop samen met mij te doen. Boven kreeg ik nog een deugddoende knuffel, en ze gaf mij nog mee dat ik er zeker zou geraken. Wat een fijne mensen!

Ik besloot om het de kans te geven tot aan de volgende verzorgingspost. Voelde ik mij daar niet beter, dan zou ik de handdoek in de ring gooien. Het huilen stond mij al nader dan het lachen, maar gezien de omstandigheden zou het geen schande zijn. 33° zeg! Eerst maar eens drinken, dan beslissen. 1 cola, 2, 3, 4… nog 2 bekertjes cola gemengd met spuitwater, en dan nog 2 bekertjes spuitwater. Oef… dat deed wel deugd, wat een dorst! Ik voelde mij al wat beter. En verdorie zeg, ik was toch gekomen om die 33 te doen, wat was dat nu zeg? Tempo doet er toch niet toe? In tropische omstandigheden al helemaal niet. Uitdoen zou voor mezelf al een topprestatie zijn. Dus komop, vooruit met de geit. Drinktubes weer vol, en gaan! Ik besloot om het lopen even te laten voor wat het was, en te gaan tempo stappen. In de schaduw, en dat ging eigenlijk vrij vlot. Zou ik lopen? Neen… verstandig zijn Sandra. Er kwam nog een bergop van het soort waar weer geen einde aan komt, en dan de laatste nog die loodzwaar en steil zou zijn. Mezelf een beetje sparen, wel zo verstandig.

En inderdaad… die bergop, daar kwam geen einde aan, maar al bij al lukte het nog redelijk. Boven bleek er nog een extra bevoorrading te zijn, waar ik dankbaar gebruik van maakte. En dat het vanaf nu bergaf zou gaan. Ja doh! Eerst was er nog een stukje tot aan het hoogste punt, maar wat een uitzicht zeg! Ik besloot om maar wat fotootjes te maken, kwestie van wat te rusten ook. Stikkapot was ik, en er wachtten nog 8 kilometer waarvan de laatste nog ferm bergop. Ik zag er dan ook als een berg tegenop. Tegelijkertijd zag ik dat Michaël, die al gefinished was, meer dan een uur ervoor een SMS gestuurd had om te vragen of alles ok was. Ik stuurde terug dat ik kapot was, en net de bevoorradingspost boven voorbij was en aan de afdaling ging beginnen.

Die afdaling, dat wist ik van de keer dat ik daar de 16K gedaan had, was nogal technisch. En ik was moe. Bijgevolg schoof ik onderuit, en besloot daarna het lopen toch maar helemaal te laten voor wat het was. Rustig aan naar beneden dus. Ik kreeg intussen ook pijn aan mijn rechtervoet, maar ik maakte mij verder daarover geen zorgen.

Eens beneden zag ik plots een soort van fata morgana. Met nog ongeveer 6 kilometer te gaan, of iets meer misschien, dacht ik Michaël te zien. Die zou toch niet zo zot geweest zijn om… o jawel hoor! En ik was maar wat blij om hem te zien, wat het vat was echt af. Ondanks dat hij geen antwoord gekregen had op zijn SMS (of toch pas na een uur), was hij uitgegaan van mijn koppigheid en vermoedde hij dat ik nog altijd onderweg was. Lopen lukte mij echter niet meer – die verdomde hitte sneed ook altijd dadelijk mijn adem af – maar stappen ging gelukkig nog altijd wel. De fietsbegeleider bevestigde dat ik nog altijd goed bezig was, en dat we de finish zouden halen. De laatste bevoorrading kwam in zicht. Een bevoorrading waar ik met applaus onthaald werd! Wat een super-organisatie is dit toch!

Top-fietsbegeleiding!

Na nog een paar bekertjes cola wou ik nog een bekertje sportdrank nemen. Wat mij afgeraden werd, wegens meestal in de onjuiste hoeveelheden verdund. En toen viel de euro! Dat bekertje wat ik eerder gedronken had, was de oorzaak geweest van de last aan mijn maag! Weer iets geleerd, en daarna op naar de laatste kilometers. Waar ik, alweer, als een berg tegenop zag. Ik heb het gecheckt, de laatste 6 kilometer hadden nog meer dan 220 hoogtemeters. En steil, dat ook. In stukken en brokken geraakte ik uiteindelijk ook boven, en kwam het bruggetje naar de Martinshütte eindelijk in zicht! Met nog een laatste rondje rond de hut, en het bijhorende applaus (echt, zo geweldig die sfeer daar) geraakte ik uiteindelijk ook aan de finish. Met een persoonlijke verwelkoming, met een roos voor Sandra erbij, zat het erop! Ik had het gedaan! Steendood, maar gezond en wel als laatste van de 33K aan de finish!

De finish, eindelijk! En al lopend, dat ook. 😉

Het was de zwaarste, de heetste, de langste maar ook de mooiste loop die ik ooit gedaan heb. 10 keer doodgegaan, 20 keer opgestaan, en op koppigheid uitgedaan. Maar die 33K van de Panoramalauf in Altenahr, met zijn meer dan 1000 hoogtemeters, die zijn wél in de pocket, en ik ben er dan ook geweldig trots op! NAILED IT, ondanks de hitte, ondanks de dip, ondanks de talloze blaren.

Nu de Muskelkater even verwerken, al valt die veel beter mee dan de blaren aan mijn rechtervoet.. hoewel, hoe langer ik zit hoe erger het wordt, dat belooft voor de eerste werkdag :D. En dan kan ik nu weer even een nieuw doel stellen. I’ll be back! 😉
Kan ik mij eigenlijk al inschrijven voor de volgende editie? 😉

Nog eens een klein jubileum :)

Oh zie… vandaag 5 jaar geleden, na oneindig veel oefeningen startte ik met dé uitdaging van mijn leven: een heel half uur lopen. Niemand die toen ook maar heel efkes zou gedacht hebben dat ik nu nog altijd zou lopen.
Want die Sandra van 5 jaar geleden, die begon vastberaden doch wel met een heel klein hartje aan heel dat schema. Want dat bouwde op. Ik ging minuutjes lopen, maar daarna ook veel langer dan minuutjes. En zou ik dat wel kunnen? Dat lopen, was dat wel voor mij weggelegd? En waar was ik ook alweer aan begonnen?

Het betekende in ieder geval ook de start van dat ‘alleen lopen’ in het bos. Want ja, 3 keer per week moest er aan dat schema gewerkt worden. En dus moest ik mij over wat dingen over zetten. Dingen als ‘wat gaan de mensen wel niet denken als ik hier kom lopen’, en ook dingen als ‘nu moet ik gezamenlijk douchen met andere vrouwen’. Want ja, ook dat was een hele grote stap voor mij, toen.

Intussen is die Sandra van toen een pak gegroeid. Zelfbewuster geworden ook. En ze heeft vooral een pak meer zelfvertrouwen gekregen. Waar lopen al niet goed voor is! 😉 Want die Sandra van nu, die doet dingen waar die Sandra van toen serieus van zou staan kijken. Oooo jaaa! Want daar waar Sandra toen schroomde om te douchen samen met wat andere vrouwen, vond diezelfde Sandra 5 jaar later dat het best wel kon, haar bezweette shirt wisselen op een perron terwijl ze stond te wachten op de trein die haar na een loopje naar huis zou brengen. Het was overigens geen leeg perron. En daar waar ik vroeger heel veel angst zou hebben dat ook iemand maar ‘iets’ zou zien, weet ik nu dat er gewoon niemand kijkt. Aha!

En dat lopen in het bos… intussen weet ik ook wel beter. Er is niemand die zich afvraagt wat ik daar kom doen, want dat is wel duidelijk: sporten, bewegen, lopen, wandelen, en zelfs oefeningen doen. Op dit moment ben ik zelfs zover dat ik mezelf al niet meer afvraag wat een ander erover denkt. En zo moet het ook.

Die 5 kilometer op een halfuur, ik weet en besef intussen ook dat dat niet voor mij weggelegd is. Ik ben een trage loper, en ik zal dat ook altijd blijven. Neemt niet weg dat ik intussen wel geleerd heb van te genieten van wat ik wél kan, in plaats van gefrustreerd te verlangen naar iets wat ik niet kan. Of zoals iemand daarstraks nog zei: “het heeft geen zin om jaloers te zijn omdat je in warm weer niet goed loopt, want jij fietst dan bijvoorbeeld weer een pak sneller dan ik”. En zo is dat dan ook weer. Zelfs in warm weer. Dus ja, perceptie is alles!
Ik loop nog altijd graag, en ik weet intussen ook dat als mijn lichaam vraagt om het wat rustiger aan te doen (nog rustiger aan ja 😉 ) dat ik dat dan ook moet doen. Want wat voor zin heeft het om dat lichaam helemaal uit te putten en tot het uiterste te drijven en daarna dagen in de lappenmand te liggen? Geen! Voila!

En dan vraag je je natuurlijk af waarom ik dat allemaal niet eerder kon, waarom ik dat allemaal niet eerder besefte, waarom ik dat allemaal niet eerder kon relativeren. Geen idee. Ik ben ook maar wie ik ben. Omstandigheden spelen natuurlijk ook een grote rol in wie ik was, en andere omstandigheden maakten mij dan weer tot wie ik nu ben. Al moet ik wel zeggen dat de afgelopen 5 jaar absoluut topjaren waren. En dan bedenk ik mij plots: ik vond 40 worden een hel, maar misschien is 50 worden nog niet zo erg. Niet dat de tram al staat te wachten, ik heb nog meer dan een jaar, maar watch me… ik ga daar tegen die tijd met zo’n geweldige sprong opspringen, dat de mensen er wél van gaan staan kijken. En dan mag het gewoon, dat kijken! 😉

Aja, en for the record: op het einde van het jaar heb ik dus nog een jubileum te vieren hé, want in december zo ergens is het 5 jaar geleden dat ik de eerste keer ooit een heel half uur liep. Maar daarover later weer meer! Uiteraard! 😉
Aja, en die Sandra van nu en die Sandra van toen… check dees… ik zit er eigenlijk ook nog altijd van te kijken. Ik deed dit. Ik doe dit nog altijd. Hip hip.. huray!

Gazelleloopjes

Zeggen dat je op de kilootjes gaat letten en dat ook effectief doen, dat zijn 2 verschillende zaken, heb ik gemerkt. Om maar te zeggen dat de eerste herstart een valse start was. Een soort van willen maar nog niet kunnen.

De klik kwam er hoedanook toch. Want ik stond na die valse start op de weegschaal, en was terug naar af. Beik. En een beetje in shock ook, want ik was al wat kwijt en het zat er allemaal al terug aan. Zo werkt dat lijf van mij nu eenmaal vrees ik. Ik had ook minder beweging, want op 1 of andere manier geraakte ik maar niet terug gestart met dat lopen. Een paar kilometertjes, en dan dacht ik dat het niet meer ging. Dat het niet meer lukte, dat ik mijn loop-mojo kwijt was.

Teut! Mis! Met dank aan mijn mede-gazelleke die vroeg om de gazellekestoer nog eens te lopen. De gazellekestoer, die is ongeveer 12 kilometer. En hoogtemeters mannekes, hoogtemeters! Toch wel 95 meter omhoog. 😉 Enfin, maar naar mijn gevoel heb ik dan bergen overwonnen, want het is toch niet niks. Vinnekik hé! Eerst de 3 Fonteinen omhoog, dan Tangebeek omhoog, en daarna in Grimbergen nog eens een heuvel omhoog waar geen einde aan lijkt te komen. Eens daarboven, dan kan er ge-gazelle-d worden. Gazellen, ik heb het ooit misschien al eens verteld, dat is sierlijk lopen. Niet gelijk een olifant de bergop lopen zoals ik meestal doe. Neeneen… op een schoon lang bergafke, niet te stijl en zo vanal, daar kan je je schouders rechten, de borst vooruit, en nét dat tikje sneller. Alsof het niets is, dat lopen. Dat is het uiteraard ook, drie keer niets. Als er dan nog wat schoon volk passeert, dan gaat dat helemaal vanzelf! Nee zeker zeg!

Maar sinds dan is the only way alleen maar up! Jeps jeps, op de heuveltjes, zelfs de heuvel van de kennel in Grimbergen, maar ook up qua lopen en qua conditie. Want liep ik vorige week nog zwaar te puffen en te hijgen, deze week liep het al een stuk vlotter. Content, en zo vanal. Wat gelukkig niet up gaat, maar wel stilletjes aan terug naar beneden: de hartslag. Een pak van mijn hart, datte! Blijkbaar is er toch wel iets van basis waar ik op kan terugvallen qua lopen. Nu dus terug opbouwen naar langer en verder, en bijgevolg zaterdag dan een LSD’tje op hartslag. Hopelijk zie ik dan weer geen olifanten, want tegenwoordig kom ik die elk loopje tegen! Laatst zelfs eentje op wielen zeg! Uhu! Echtigintechtig hé!

En en en… wat ook down gaat: het gewicht! Wiiihiieeew! Eindelijk gaat het weer naar beneden, en eindelijk kan ik dat blijkbaar ook zo houden. Ook een pak van mijn hart. Waarmee ook maar weer eens bewezen is dat het de combinatie is van beide die het bij mij (en waarschijnlijk bij een pak anderen) doet: gezonder eten en meer bewegen. Het blijft toch de sleutel tot afvalsucces, die beweging.

Maar het doet mij goed. Ik ben blij dat ik weer serieus kan opbouwen, en ik ben nog blijer dat de ban helemaal doorbroken is. Ik loop weer langere afstanden, mijn gewicht gaat weer in dalende lijn, en die hartslag, dat komt ook nog wel in orde. Nog 6 weekjes, counting down. Dat gaat daar goedkomen, op die Panoramalauf! 😉

Ingeschreven!

Ingeschreven! Nu is het dus voor echt. Ik ga ervoor: de 33 kilometer van de Panoramalauf in Altenahr. Weliswaar nog altijd met een klein hartje wegens momenteel niet zo geweldig in loopvorm, maar ik heb nog wel wat tijd om nog wat op te bouwen. En ik heb natuurlijk ook nog altijd een stok achter de deur in de vorm van: als ik voel dat het tegen die tijd écht niet gaat lukken, dan switch ik naar de 16 kilometer. Maar ik hoop dat dat niet moet.

Want bon ja, die loopvorm. Intussen heb ik alweer wat meer kilometertjes gedaan, maar die liepen niet allemaal even vlotjes weg. De warmte is voor mij nog altijd een dikke partypooper, ik kan er gewoon niet tegen.

Gisteren startte ik nochtans ferm gemotiveerd. Ik zou een stukje meelopen met vrienden die 30K gingen lopen van Schaarbeek naar Halle. Ik zou mee starten, en dan in Ukkel hen uitzwaaien en met de trein naar huis komen. Zo ging het ook, alleen gingen de eerste kilometertjes stukken vlotter dan de kilometertjes boven de 10 kilometer. De zon was tegen dan ook heel erg haar best aan het doen, dus het werd alsmaar warmer en warmer. Puffen, hijgen, blazen… en dan ook nog bergop moeten. Kijk, ik wéét dat hé, dat Brussel bergop gaat. Maar waarom vergeet ik dat dan altijd weer?

En bon ja, lopen tussen beton is nog altijd een pak warmer natuurlijk dan lopen in een park of een bos. Het verschil was dan ook merkbaar, telkens we een parkje passeerden. Of zeg maar parken, want in Brussel hebben ze toch wel serieuze groene oases. Die ook ferm bergop gaan zeg, daarzo in Ukkel. Wawasmeda! Maar toch een mooie 10 mijl in de benen met wat hoogtemetertjes. En een hoge hartslag. Ik had die hartslag ook beter niet gecheckt zo onderweg, want toen sloeg de paniek toe en leek het lopen plots totaal niet meer te lukken. Terwijl het ervoor nog wel iets of wat lukte. Kip die ik ben. Maar al doende leert men, dus volgende keer niet meer checken. Nem!

Neemt niet weg dat de Panoramalauf, het zegt het zelf natuurlijk al, ook bergop zal gaan. Want anders geen panorama’s. Dat weet ik. En dat het niet van de poes zal zijn, dat weet ik ook. 1100hm, astemblief! Maar… ik heb tijd. De hele dag als het moet. En dat zal ook moeten. 😀 Ik heb voor mezelf uitgemaakt dat tijd niet belangrijk is, dat ik de afstand gewoon met gezond verstand wil uitlopen, en dat ik ervan ga genieten. Ik ga dan ook af en toe eens stilstaan bij een mooi uitzicht, en vooral ook de tijd nemen aan de talrijke bevoorradingen.

Dat is het plan. En nu trainen. En terug wat meer kilometertjes doen. En aan dat gewicht werken, want elk kilootje dat ik niet mee naar boven moet sleuren is winst. Want ik wil, ik moet en ik zal! Oh ja!

Moettegijnieopwerchterzittenjong?

” Moettegijnieopwerchterzittenjong? “
Goh. Nadenkertje toch wel. Want ik kreeg de vraag, en dacht toen: ja, Sandra, moettegijnieopwerchterzittenjong?
Enkele dagen geleden kreeg ik ook al de vraag of ik op Werchter zou zijn, om nog een keer af te spreken met vrienden die ik alweer veel te lang niet meer gezien heb. Maar helaas… neen. Ik ga niet naar Werchter.

Beetje bizar misschien, voor de verstokte Werchter-bezoeker die ik was. Was ja, en niet meer ben. Immers… tot voor een paar jaar ging er geen jaar voorbij of ik hing wel op de wei. 4 volle dagen lang. En ja, daar hangen ook een boel geweldige anekdotes aan vast. Zoals die keer toen we die 2 Canadezen tegenkwamen… wat een zwaar weekend was me dat! Enfin, de mannen kwamen voor Pearl Jam (ikke ook, dat trof!), en ontdekten tegelijkertijd het Belgische bier. Nu, zoveel jaar later, heb ik nog altijd sporadisch contact met 1 van hen. Nice, zou mijn dochter zeggen. 😉 Het is ook nice. Niet alle contacten hoeven dagelijks te zijn.

Maar waar ging het dan mis tussen Werchter en mij? Ik weet het niet. Werchter groeide, en ik wou back to basics. Zoiets. Vorig jaar ging ik nog met een vriend omdat Pearl Jam (inderdaad, wie anders) kwam, en ik hem wou overtuigen van de kwaliteiten van PJ als live-groep. Alleen had ik wat onderschat hoe groot Werchter intussen geworden was, daar in dat festivalpark in Werchter. Ik, die daar zoveel uren, zoveel dagen, zoveel nachten had doorgebracht, ik liep verloren. Buiten Pearl Jam, en dan nog, ging het allemaal een beetje aan mij voorbij. Groot-groter-grootst, terwijl ik net terug naar dat kleinschalige aan het gaan was. Concerten van vrij onbekende groepen, of van vergane glorieën in zaaltjes her en der. Maar daarom niet minder fantastisch.

Dit jaar besloot ik dan ook maar wijselijk om het allemaal aan mij te laten voorbij gaan. Een vriend vroeg wel of ik mee wou naar Tool, maar gezien de ervaring van vorig jaar liet ik die beker maar aan mij voorbij gaan. Nu met een beetje spijt in het hart omdat de vrienden waarvan hierboven sprake er ook zullen zijn, maar zij lieten alvast weten dat we binnenkort maar eens een ander optreden moeten inplannen om nog eens afspreken! Waarvan akte!

Dus goh ja… misschien moet ik uiteindelijk toch toegeven dat ik te oud geworden ben om 4 dagen lang op een wei rond te hangen. Ik ben fysiek in een betere conditie dan ‘toen’, en toch lijkt het mij nog meer een uitputtingsslag dan zoveel jaar terug met zoveel kilootjes meer. Zeker met de temperaturen die er momenteel heersen. Want ik weet uiteraard hoe dat is, met temperaturen boven de 30° 4 dagen op een wei hangen.

Beetje jammer voor die paar groepen/zangers/zangeressen die ik nog eens wil (terug) zien. Elbow *zucht* had ik heel graag nog eens gezien, The Cure ook. En verder Angèle, Beirut, Dean Lewis (!), Kylie (jaja, toch wel 😉 ), New Order, Tamino, Tool. Uiteindelijk is dat maar een magere oogst voor 4 dagen, dus maar goed dat ik niet ga. Uit dit lijstje zijn er wel een paar die ik nog weleens in een zaal wil zien. En evengoed komen er vast nog wel wat andere leuke concerten op mijn pad. Intussentijd teer ik nog even door op die paar fantastische concerten van het voorjaar. Want Snow Patrol, Mystery, Glen Hansard, Eddie Vedder, Glen Hansard (jeps, twice 😉 ) , .. jullie waren fantastisch!

De moraal van het verhaal? Ik word oud en moet uiteindelijk toch ook toegeven dat ik niet eeuwig in mijn twenties blijf. 😉 En dan ga ik nu Glen Hansard nog even in mijn oor laten fluisteren…

I’ll be you, be me and I’ll be you
And we won’t say no more about it
How ‘bout you be me and I’ll be you
And we’ll just leave it where we found it

Op de weegschaal…

Vanochtend dacht ik: laat ik eens op de weegschaal gaan staan. Geen idee waar dat idee vandaan kwam, maar in ieder geval: het was geen schitterend idee. Of misschien nét wel, want misschien was het even de wake-up call die ik weer nodig had..

Want eerlijk? Neen, ik ben niet zo geweldig goed bezig de laatste tijd. Het kwakkelt al een paar maanden, en ik ben al een paar maanden met een serieuze snoepstrijd bezig. Speculaasjes, koekjes, chips… you name it, ik eet het. Niet goed dus. En ja, dat is dus ook te merken aan de weegschaal. Niet alleen aan de weegschaal trouwens, want als ik verderga met eerlijk zijn, dan kan ik ook wel vertellen dat ik het al merkte aan mijn broeken en aan enkele jurkjes.

Ik heb dan 2 opties: of ik kan mezelf gaan wentelen in zelfbeklag, en zeggen dat het allemaal niet eerlijk is, en blablabla, of ik kan mezelf bijeen grijpen en er iets aan doen. Ik peins dat ik voor het 2de ga. Ook omdat ik natuurlijk weet hoeveel beter ik mij voel met die paar kilootjes minder. Dus ja, het is weer van dadde: er moet weer geswitched worden, ik moet weer klikken, het moet weer gezonder, en hopelijk volgen daarbij de kilootjes. Het moet ook wel, want ik ken mezelf, en dan weeg ik in no-time weer ver in de 3 cijfers. En dat willen we toch niet meer zeker? Je vraagt je dan af waarom ik zo’n gezondere levensstijl eigenlijk niet gewoon volhoud. Tsja… aard van het beestje zeker? 😉

Ook op de weegschaal, maar dan anders: sporten. Het is niet dat ik niets doe, maar toch. Dat fietsen, dat schiet er zo de laatste tijd wel serieus bij in. Eerst was er de voorbereiding voor de 25 kilometer van de Breweries, met lange duurloopjes, en nu… nu zijn het de pollen die serieuze stokken in mijn fietswielen steken. Want hoewel fietsen op mijn planning stond op zondag, beslisten mijn longen er anders over.

Want ja,… ondanks het probleem met de pollen en de bijgevolg mindere conditie, besloot ik zaterdag toch om de Brallon in Ottignies mee te doen. Met eerst nog een kleine twijfel om met de wandelaars mee te starten, ging ik toch voor de wedstrijd an sich. Alwaar ik op kilometer 3 mijn voet omsloeg en mijn concurrent moest laten gaan. Snif snif. En doemme hé! Na een paar honderd meter hinken herstelde mijn enkel zich toch, en kon ik door. Het meer rond (warm mannekes – en droog ook, dat meer in Louvain-La-Neuve!), en terug het bos in. Het bos… met een steile afdaling vol modder. Waar waren die trailschoenen als je ze nodig hebt? Voorzichtigheid is de moeder van de porseleinwinkel, maar ik ging toch onderuit. Gelukkig val je in de modder zacht. Maar wel een natte broek. Doemme hé, nog eens. Bergop lopen ging niet zo geweldig (hijgen, net niet piepen, en zeggen dat ik amper een paar weken terug al bijna die heuveltjes ophuppelde), maar op de vlakke stukken liep het nog redelijk, qua ademhaling. In de verte zag ik telkens mijn concurrent nog lopen, maar het was een illusie hem nog te kunnen inhalen.

Desondanks toch dieper gegaan dan ik wou gaan, met als gevolg dat de longen dus zeiden: neeeee, niet fietsen. Luisteren naar je lichaam zeker? De zin was er wel, maar bon… recup is ook belangrijk, zeker als ik terug wil gaan opbouwen vanaf deze week.
Waaahaant…. mijn tweede grote uitdaging – de eerste was de 25K op de Breweries – komt stilaan natuurlijk ook in zicht, eind augustus. Nog goed 2,5 maand tot aan de Panoramalauf, waar ik, als alles goed gaat, de 33K loop. Ik zwaai dus even naar de mindere periode, en ga er weer tegenaan. Als het in het hoofd klikt, dan moet het gelijk maar helemaal klikken. Nem!

Ik gooi ook nog even een dankjewel richting Michaël om mij door de laatste 1800 meter (met de laatste fameuze helling en een steile bergaf) te sleuren met tips en tricks, en nu op naar de Panoramalauf! I’ll be back!

Foto (c) Fabienne Nicolas

Moeilijk loopt niet…

Het loopt niet. Of het loopt toch niet goed. En het loopt al zeker niet zoals ik zou willen dat het loopt. Voila. Het probleem in een soort van notendop.

Geen idee wanneer het begon. Ik vermoed zo ergens na mijn 25 kilometer. Waar ik trouwens nog altijd apetrots op ben. 25 hele kilometers gelopen! Wooohoooow! De week erna deed ik een kilometer of 10 en een LSD-rondje van 15, en daarna was het vat af. Ofzoiets. Last van hooikoorts, ademnood, ik lijk wel een vis op het droge die hapt naar adem als ik loop. En als ik dan denk dat het van voorbijgaande aard is, dan zegt mijn volgende looprondje wel dat dat niet zo is. En zo geraak ik dus in een straatje zonder einde. Een straatje met niet al te veel geloop eigenlijk. Dus is het in feite geen straatje zonder einde, doch meer een doodlopend straatje. Zucht.

Afgelopen zaterdag dacht ik mij te herpakken. Brallon in Céroux-Mousty, ik zou die 13,4 kilometer op het gemakje lopen. Op het gemakje, dat dachten mijn darmen in de ochtend ook. Een soort van griepje. Blegh. Leeg dus. En leeg, zo loop je geen 13,4 kilometer, al zeker niet op het uitdagende parcours daarzo. Wandelen werd het – en gelukkig kon ik ook een regenjasje lenen, merciiiii – en ’s avonds ook vroeg in bed. Bibberen, dat is toch wel 1 van de minst aangename dingen dat een lichaam kan doen denk ik.

Dus bon ja… lopen… het schijnt er niet zo van te komen. Komt het omdat dat doel, die Breweries, gepasseerd en behaald is? Omdat ik momenteel een beetje rondzwalp en niet goed weet wat en hoe? Nochtans, er staat nog wel wat doelen, zo in augustus en in september. Dunno. Vandaag is het de Elewijtse Halve, en daar waar ik anders roep dat ik voor 5 kilometer mijn loopsloefkes niet meer aandoe, zal het dat toch worden. 5 kilometer, en content zijn als ik die 5 kilometer comfortabel kan uitlopen. Een mens stelt zijn doelen bij naar zijn kunnen zeker? Ik hoop in ieder geval dat het tij toch weer snel keert. Want ik krijg zo stilaan het gevoel dat die conditie er sneller op achteruit gaat dan dat ik ze moeizaam en langzaam opbouwde. Op deze manier komt die marathon natuurlijk ook nooit in zicht.

Maar we gaan niet doemdenken. Nope. We gaan positief denken. Die 5 kilometer, die loop ik vandaag rustig uit, en daarna bouw ik rustigaan weer terug op. Rome en Parijs zijn tenslotte ook niet op 1 dag gebouwd. 😉
En qua motivatie voor mezelf een paar loop/finishfotookes. Om mezelf eraan te herinneren waar ik het voor doe. Nee zeker! 😉

(fotocredits: Marc Fourmois, Laurent Saublens en andere Brallon-fotografen daar waar niet vermeld, want ze komen niet mee door op de foto’s :/ )

Passing through

“Passing through, passing through.
Sometimes happy, sometimes blue.
Glad that I ran into you.
Tell the people that you saw me passing through”

Hiermee sloot Glen Hansard in het Koninklijk Circus gisteren af, na een passage van goed 2 uur. 2 uur die in een wip voorbij waren. Het was schoon. Het was heeeel schoon. Het was schoon van het soort dat alleen maar een Glen Hansard schoon kan zijn. Echt.

Ik zei het al eerder: verwacht van mij geen recensie, daar ben ik niet goed in. Daar zijn muziekjournalisten tig keer beter in dan ik. Dansende Beren heeft zo een ferme recensie geschreven, ik kan alleen maar zeggen: second that! Behalve het voorprogramma, dat was echt niet mijn ding. Dat van mijn compagnon overigens ook niet, dus ik was niet de enige. 😀

En nu zit ik dus op een soort van roze wolk. Een schone wolk. Zo’n wolk waarop ik wel nog even een weekje door kan zweven. Of langer, dat kan ook.

Goh… en dan moet Eddie Vedder nog komen, zo volgende maand. Muzikaal zijn ’t schoon tijden. 😉
Oja… wat Ed betreft: als er iemand interesse heeft om mee te gaan… still 1 ticket left! (damn, dat klinkt hopeloos! 😉 😀 😀 )

Verloren lopen op den Brallon

Zaterdag Brallon-dag! Vandaag in Orp-Le-Petit. Een wedstrijd die er sinds vorig jaar inzit, maar die ik nog niet gelopen had. Als ik het mij goed herinnerde, was iedereen vorig jaar laaiend enthousiast: mooi maar zwaar, zeker met de trappekes erin.

Ik besloot me dus maar goed voor te bereiden. De hele week gezond eten, alle alcohol geschrapt, zélfs het verdiende glas op vrijdagavond, en ik stond dus fris aan de start om 15u. Opgewarmd en al zeg, ook dat nog!

Mijn trainer, die weer met mij meeliep, besloot van er flink het tempo in te zetten. Ik volgde met wat angst in het hart, want 13,5 kilometer hé! Kon ik dat wel aan dat tempo? Was het niet te vroeg om dit tempo al te lopen? Moest ik niet rustiger aan?

Nu, er zijn zekerheden op zo’n wedstrijd. Zekerheden als in: rond kilometer 3 probeert altijd dezelfde persoon mij in te halen. Telkens op een bergopje. En telkens weer loop ik hem eraf. Ik hoor hem zwaar ademen, en dan voel ik mezelf 10 keer lichter worden. Want ik kan altijd nog, ik heb tegenwoordig nog wel wat adem over en recupereer, eens boven, altijd sneller dan hij. Dus ja… ik liep hem eraf. Het volgende doel waren 4 dames: “Sandraake, die moeten we in het oog houden, we zullen daar achter lopen, dan loop je uit de wind, dat is gemakkelijker”. Nu… zo’n inhaalmanoeuvre, dat is wel even een tandje bijsteken. De tussentijden waren er dan ook naar, want ik ging vlotjes onder de 7 minuten per kilometer. Voor mij du jamais vue op een Brallon hé!

Enfin, die 4 dames gingen we voorbij, en daar kwam alweer het volgende doel in het vizier: de dame met het blauwe shirt. Ze had mij voor de start nog gezegd dat ik haar vandaag zou kloppen. Maar dat zegt ze mij elke wedstrijd 😀 . De dame in kwestie is ook een stuk ouder dan ik, en ik vind het echt waar fantastisch dat zij nog zoveel en zo goed loopt. Ik wil daarvoor tekenen, dat ik dat ook nog kan als ik 20 jaar ouder ben. In ieder geval: dit keer zag het ernaar uit dat ik haar voorbij zou gaan. Zag het ernaar uit ja… want net op het moment dat ik haar passeerde, kwamen er een aantal lopers uit de tegengestelde richting en werd er ook gefloten naar de lopers die net het paadje ingelopen waren naast de koetjes. Verwarring alom. De gele pijlen die we aan het volgen waren waren niet de goede want van vorige week. 1 van de personen die kwam teruggelopen had die er vorige week zelf opgezet voor een andere jogging.

Verwarring, boosheid ook, en bon ja… daar gaat het snelle loopplan hé. Want eerst wat stilstaan om te bespreken wat en hoe, en daarna teruglopen, waarna al diegenen die na mij kwamen en die ik voorbij gegaan was plots weer voor mij uitliepen. Dorst ook, want er zouden 3 bevoorradingen onderweg zijn, en we waren er nog geen enkele tegengekomen. En uiteraard net op het moment dat in mijn hoofd alles goed zat en ik klaar was om die 13 kilometer op 1u30 te lopen… het mocht niet zijn. De veer was gebroken, we liepen in groep een beetje rond om te zien of we toch ergens andere pijlen tegenkwamen, en op de duur kwamen we zo toch een begeleider op de fiets tegen die van hier naar daar aan het crossen was omdat blijkbaar zowat iedereen een andere weg genomen had. Er was mij op dat moment al gezegd dat ik het niet aan mijn hart moest laten komen, en dat we het als een training zouden opnemen, maar toch… ergens knaagde het toch wel dat die goede tijd erin zat, en dat dat om zeep was.

Nu goed… we werden op het pad van de korte afstand gezet, en daar kwam kilometer 2 voorbij. In mijn hoofd moest ik dus nog een kilometer of 4 lopen. Echter, dat bleken er maar 2 meer te zijn, want 2 kilometer verder werden we richting vijver en richting finish gedirigeerd. Dus in plaats van de geplande 13,5 kilometer, kwam ik op net geen 9 kilometer uit. Een finish via de achterdeur. Beetje raar. Ik dacht toen nog dat ik in het enige groepje zat wat verkeerd gelopen was, maar aan de aankomst bleek dat mijn clubgenoten allemaal een andere afstand hadden gelopen, gaande van 9 tot 11 tot 13. En ook achteraf, bij het vergelijken van de kaartjes op Strava: iedereen liep blijkbaar een andere route, en bijgevolg een andere wedstrijd. Hi-la-risch! Nu toch! 😉
De “fout” lag blijkbaar bij een seingever. Een menselijke fout, het kan iedereen overkomen.

In ieder geval. Laurent Saublens, fotograaf en journalist langs het parcours, vatte het in zijn artikel “c’etait l’enfer au paradis” allemaal mooi samen. Want inderdaad, het leven gaat verder, en we kunnen er nu alweer om lachen. Uiteraard. Want mooie surplus was dat er geen klassement opgemaakt werd, en dat alle prijzen naar de tombola gingen. Een tombola die gehouden werd op best wel een idyllische plaats, zo buiten in het zonnetje naast een vijver. Wat wel gezellig was. Drankje erbij, een pannenkoekje van de collega-lopers… en daar bovenop wonnen we ook nog wat prijzen. En ook: we kunnen ook zeggen dat wij erbij waren, op die dag dat de hele wedstrijd in de soep liep en iedereen een ander parcours liep. 😉 Net zoals die vorige keer, in Oisquercq een jaar of 3 terug, maar toen wonnen we niets met de tombola. 😉

Dat nieuwe PR zal dus nog even moeten wachten, maar het zit er wel in. Of zoals de coach-entraineur die met mij meeliep zei: het wordt hoog tijd dat ik zelf wat meer vertrouwen krijg in wat ik kan, in plaats van alsmaar te pruttelen dat ik denk dat ik die snelheid niet aankan, want dat hij gelooft dat ik dat wél kan. Waarvan akte. En een grote dankuwel, meneer den entraineur. 😉

Oja, en er waren best wel wat fotografen op het parcours. Alleen passeerden er niet zoveel lopers daar waar zij stonden gezien die allemaal hun eigen weg zochten. Daarom wat fotootjes van den aprés, want die was gezellig. Bedankt Greta Jacobs en Pascal Vaudoisey. 🙂