Ah! La Hulpe! Altijd mooi, en dat voor 13,5 kilometer. En ook: nog altijd de koers die ik nog nooit helemaal had uitgelopen. 2 jaar terug had ik ze half gelopen/half gestapt, vorig jaar met de scheenbeenproblemen helemaal gestapt. Niet helemaal met de volle goesting, maar meedoen is belangrijker dan winnen zeker?
Dit jaar niks van dit alles. Ik had mezelf ervan overtuigd niet met de wandelaars te starten maar gewoon met de hoop mee, dat zou ook een stuk relaxter lopen gezien ik anders zou bijgehaald worden door de snelle lopers en dan ongemakkelijk aan de kant zou moeten.
Starten, dat doe ik achteraan. Ik spotte al wat gezichten die ik in Nivelles ook had gezien. Eentje sprong er al uit. De dame die in het roze/paars liep – ik noem ze makkelijkheidshalve Mega Mindy – die mij in Nivelles in het laatste bergaf-stuk voorbij liep terwijl ze luidkeels “yes” riep. Armgebaar inclusief. Ik had haar toen, op een paar seconden na, bijna weer te pakken aan de finish, maar bijna is niet dus. Reken maar dat een kleine “revanche” zich opdrong, want dit kon ik niet zomaar laten passeren!
Ik wou er ook niet te lang mee wachten. De helling vlak na de start leek mij al perfect om haar mijn achterkant te tonen. Ze ging mee. Ze ging een heel stuk mee. 3 kilometer toch ongeveer. Daar kwam er weer een kleine helling, die ik best wel baas kon. Zij blijkbaar niet. Een klein gat was geslagen, en ik had mijn volgende doel al in het vizier. Een man die telkens een stuk liep, en daarna weer een stuk ging stappen. Vermoeiend. In plaats van gewoon te blijven lopen, maar op een tempo lager. Ik besloot dat dat dan ook mijn strategie zou worden: gewoon gelijkmatig mijn tempo blijven lopen, en zo stilletjes aan dichterbij komen.
In een bocht checkte ik voor zekerheid toch maar even hoe het met de lopers achter mij gesteld was. Het gat werd groter, ik kon al wat geruster zijn. Focus op dat volgende doel dus maar. Een doel dat telkens een beetje dichterbij kwam, en dan weer wat verder weg liep. OK, zo erg was dat ook weer niet. Het belangrijkste was de koers uitlopen, en dat binnen een acceptabele tijd. Ik had trouwens 1u45 voorop gesteld, gezien het zware parcours in het Zoniënwoud. Mooi, maar die bergopjes, die mochten ze toch afschaffen. 😉
Na de bevoorrading besloot de meneer die ik al die tijd aan het volgen was, een demarrage te plaatsen. Jammer, maar dat tempo kon ik niet volgen. Ik liep door een prachtige dreef, en genieten was vooral de boodschap. Wel een vettig parcours overigens, ik voelde de modder soms tot boven mijn been spatten. Ik kwam daar ook nog 2 clubgenotes tegen die aan het wandelen waren. De best mogelijke supporters zijn dat, super! Ik kon er weer tegen, dus ik weer door. Ik probeerde ook onderweg de tips toe te passen die ik van een vriend gekregen had: bergaf niet sneller gaan lopen, wél je paslengte vergroten. De bocht altijd langs de binnenkant nemen, en bij modder en plassen: gewoon rechtdoor in plaats van onhandig langs de kant te lopen, als er slijk ligt dan is daar toch geen ontkomen aan.
Een kleine helling (oef, toch net iets te stijl – jeps, ook zo’n helling kan stijl hebben, maar hij was vooral steil 😉 ) misschien toch maar even stappen?), en weer door. Het Domein van Solvay kwam weer in zicht. En aha, daar was ook de fotograaf! Altijd fijn om Marc te zien, want dat betekende toch dat de finish al wat meer in zicht kwam. Of zoals een meneer die mij aanmoedigde onderweg zei: “Bon courage, cela se termine une fois”. 😀
Op het laatste stuk door het domein kwam een clubgenoot mij tegemoet. Ik was blij hem te zien, want dat betekende dat ik het laatste stuk niet alleen zou moeten lopen. Frank vond dat het best nog goed liep, al helemaal toen we toch wat mensen gingen passeren – ja, ook die ene meneer die ik al zo lang in het vizier had. Blijkbaar had mijn strategie – blijven lopen, al is het tempo wat trager – dan toch zijn vruchten afgeworpen. “En of ik geen medelijden had met die meneer die we net passeerden?”. Goh.. ja en neen. Uiteindelijk was het voor mij ook wel wat afzien, maar ik moest wel toegeven dat ik er waarschijnlijk wel een pak frisser uitzag (of zo voelde het toch) dan de meneer die we net voorbij gelopen waren, hij zag eruit alsof hij een ware martelgang aan het ondergaan was.
Op naar het laatste stuk dan maar. Het domein weer uit, en dan nog een lastig stuk langs de straat. Een stuk waarvan ik wist dat het meer dan een kilometer was (raar dat 3 verschillende mensen op wat afstand van elkaar allemaal zeiden dat het nog 1.300 meter was 😀 ), en een stuk waarvan ik ook wist dat er nog een helling in zat. “Een molshoop” volgens mijn compagnon. Uhu. Die mannen, die hun zin voor realiteit is wel zoek. Een molshoop, daar stap ik met mijn voet op en die is weg. Deze molshoop, die had wat meer voeten in de aarde. Maar… uiteindelijk bedwong ik toch ook deze al lopend, en toen wachtte nog de kleine beloning in de vorm van voluit bergaf richting finish! Waar ik afklokte op 1u38. 7 minuten onder de tijd die ik vooropgesteld had.
Woohoow! Ik ga niet zeggen dat het makkelijk was, maar ik heb er wel van genoten. Genoten van het lopen, genoten van de omgeving. Lopen zoals het moet zijn, zelfs al is dat in de achterste regionen van een jogging. Enneh… on top: ik klopte Mega Mindy, hoe cool is dat! 😉