Al fietsende…

Meestal, als ik zo van en naar het werk fiets, houd ik mezelf bezig. Mijn gedachten gaan dan gewoon los, en fladderen zowat alle kanten uit. Als ik loop is dat ook, maar alleen de eerste kilometers. Daarna is er de leegte. Dan denk ik ineens aan niets, behalve aan het lopen.  En dan nog. Als het goed loopt, dan is het gewoon genieten. Idem als ik met mijn koersvelooke rijd. De eerste kilometer gaan die gedachten alle kanten uit, maar op een gegeven moment is daar het geweldige niets. En dat niets, dat is zooooo fijn. Geen gepieker, geen gedenk, gewoon: niets! Za-lig!

original_think-happy-quote-print

Met mijn stadsfiets is het net iets anders. Ook omdat ik daar natuurlijk minder ver mee rijd. Vorige week betrapte ik mezelf er plots op dat ik aan het rijmen en dichten was. Uhu ja, ik betrapte mezelf. Ik weet namelijk niet hoe dat met jou zit, maar ik heb mijn gedachten niet altijd onder controle. Die hebben een beetje een eigen willetje. Ze denken ook heel veel aan hetzelfde, maar heel soms verrassen ze mij. Zo dus ook vorige week. Rijmen en dichten zeg. Karamellenverzen, over alles wat ik op mijn weg tegenkom. Sinds ik mezelf daarop betrapte, ga ik er gewoon mee door. Ik vind het eigenlijk best wel leuk, om een beetje te cruisen met mijn fiets en wat dingetjes te bedenken. Het is altijd rijmelarij die op niet veel slaat, en de voorwaarde is altijd, je raadt het al, dat het moet rijmen. Ajaaaaaa, anders heet het geen rijmelarij!  Soms duurt het dan ook wel even voor ik een zin helemaal goed heb. Want een aanzet vinden is vrij makkelijk, maar dat rijmende vervolg bedenken, dat maakt toch dat ik er soms even mee bezig ben. Bezig met mijn zin te veranderen, bezig met een woord te zoeken dat toch rijmt. Het blijven evenwel allemaal simpele dingetjes.

Enkele voorbeelden:

  • Hangt er mist boven de zenne, dan is het klaar in de vennen
  • Spelen de eendjes in het water, dan hebben zij nog geen zorgen voor later
  • Staat de reiger stil, dan worden zijn vleugels kil
  • Vliegt de meeuw laag, dan komt er een vlaag
  • Hangt er op de boom een geel papier, dan heeft de houthakker binnenkort zijn vertier
  • Graven de konijnen vele gaten, dan zorgen ze in het voorjaar voor een massa nazaten
  • Zie je de blaadjes van de bomen niet bewegen, dan is dat voor de fietser een zegen
  • Waait het hard op de dijk, dan is het duwen op de trappers, zo blijkt.
  • Staat de ooievaar op de lantaarnpaal, dan is de vuilkar snel aldaar
  • Fietsers die snel voorbij zoeven, die hebben elentriek naar behoeven
  • Rijden ze mij voorbij op een racefiets, dan is dat niet niets
  • Staat de reiger in het water, dan hoeft hij geen eten later

Mijn rijmpjes zijn natuurlijk ook gekleurd door mijn eigen gevoel. Ik blijf het dubbel prut vinden als iemand op een elektrische fiets mij voorbij rijdt, en mij achteraf aan de fietsenstalling enigszins neerbuigend bekijkt omdat hij/zij mij voorbij gereden is. Ik zeg het nog eens: appelen moeten vergeleken worden met appelen, en niet met peren. En ook dat is niet helemaal correct, want een Jonagold moet ook niet vergeleken worden met een Granny Smith. Om maar iets te zeggen. Maar jullie snappen het plaatje vast wel.

In ieder geval: ik houd mezelf wel bezig. Ik vraag mij eigenlijk af: hoe zit dat met anderen? Wat en waar denkt iemand terwijl hij/zij aan het fietsen is?  Waar gaan die gedachten naartoe? Goh… ’t is misschien nog iets tegen dat ik de rijmelarij beu ben: bedenken wat een ander aan het denken is. Alleen zal dat aftoetsen aan de werkelijkheid niet zo makkelijk zijn. 😉

 

 

7 gedachten over “Al fietsende…

  1. Judith Selene

    Dit klinkt bijna als wat wij hier “boerenwijsheid” noemen. Zoals; “kring om de zon? Regen in de ton”. “Wie wil maaien, moet zaaien” en ander fraais. Maar inderdaad, je houdt jezelf bezig en levert leuke wijsheden op. Sommige kunnen zó op een tegeltje 🙂

    Geliked door 1 persoon

  2. pipsesippi

    Het kan saai en huisvrouwelijk klinken maar meestal denk ik aan wat ik nog allemaal moet doen, vandaag of eerder gisteren, dat is gezien de omstandigheden meestal nog heel wat en ik denk daar dan ook bij dat ik daar geen goesting in heb (meestal… wie dweilt er nu graag? of wie maakt er nu graag reuzenbundels voor architect-deskundigen?).

    Ik ga dat eens proberen met die rijmpjes: Botst ge keihard tegen de Pokèmonjager, blijkt het toch zeker wel een klager.

    Like

    1. Sandra Berichtauteur

      Vergeet het! Je kan alle moeite van de wereld doen door op je fiets aan dat huishouden te denken, maar diene trofee, die komt écht niet richting jou! Niet niet niet!
      Overigens, ik moest vanochtend aan jou denken. Ik passeerde ergens een poortje met ‘gevaarlijke hond’ ofzoiets, en ik bedacht: “zit de hond achter een hek, dan is het baasje goed gek”. Verder geen idee hoe die correlatie met jou er kwam. 😀 😀

      Like

      1. pipsesippi

        Ik zal dat “in mind” houden de volgende keer dat ge ons hek voorbijfietst, ik beloof dat hij er niet achter zal zitten (achter dat hek). En oh jawel, die Trofee die haal ik dezen achternoen al binnen! Martha Steward herself zal hem komen uitreiken. De rode loper ligt vast al aan de voordeur. 🙂

        Like

Plaats een reactie